Modelboot uit de 11-12e dynastie met een hurkfiguurtje, Rosicrucian Egyptian Museum, San Jose, California   Vanaf het einde van de 6e dynastie tot en met de 12e dynastie behoorden houten modellen van boten voorzien van bemanning tot de standaardgrafuitrusting. Deze boten dienden onder andere om de overledene naar en in het hiernamaals te begeleiden, om hem te verzorgen, om te reizen, om te jagen en voor de visvangst. Naarmate het geloof in de god Osiris toenam trad de voorstelling van de pelgrimstocht van de mummie of een beeld als vervanger van de mummie, meer op de voorgrond. Tijdens het Middenrijk leidde dit uiteindelijk tot een centraal thema. De pelgrimage naar Abydos vormde een vast onderdeel van de begrafenisrituelen. Het hield in dat het beeld moest verhuizen naar een plaats die overigens niet Abydos zelf hoefde te zijn. Dit kon ook een andere heilige plaats zijn in de buurt van de toenmalige necropool die als Abydos werd aangeduid. Afbeeldingen en/of modellen van roei-en zeilboten die stroomafwaarts en stroomopwaarts voeren, behoorden tot de standaard grafuitrusting. Bij de afbeeldingen zien we daarnaast ook nog dat de boot met de overledene begeleid en voortgetrokken wordt door een groot aantal andere boten.
Doorgaans bestaat de bemanning van de houten modellen uit de mummie of een beeld van de overleden grafeigenaar, de roeiers en/of zeilbemanning, de stuurman en soms ook uit priesters en klaagvrouwen. De bootslieden die roeispanen, touw of het roer in handen hebben, bevinden zich in een staande of gehurkte houding op de bodem en op de boeg.

De grafeigenaar wordt door zijn mummie of een beeld vertegenwoordigd. Mummiefiguren zijn in vergelijking tot de beelden zeldzamer en bevinden zich in het midden van de boot, opgebaard onder een baldakijn of  worden rechtopstaand weergegeven.
Ook het beeld kan in een kajuit, onder een baldakijn of op ieder ander denkbare plaats op de boot worden opgesteld. Naast het duidelijk herkenbare beeld van de grafeigenaar zijn nog andere, hurkende figuren waar te nemen. Zij begeleiden de mummie of het beeld van de grafeigenaar. Soms zijn er zoveel van deze figuren aanwezig dat de grafeigenaar moeilijk of helemaal niet meer is te onderscheiden. Het is niet duidelijk wie deze figuren zijn, maar men veronderstelt dat dit mogelijk de zonen van de grafeigenaar zijn. Indien zij tot de bemanning zouden horen, zijn ze op een actievere manier afgebeeld en niet zoals het beeld van de overledene in een passieve hurkhouding en gekleed in een nauwsluitend gewaad.

Al tijdens het Middenrijk werden de modelboten verdrongen door de afbeeldingen van de Abydosvaart op de grafwanden. Dit werd een van de belangrijkste afbeeldingen in de graven. In deze samenhang werd de grafeigenaar het meest als mummie of als een in het wit gehuld beeld onder een baldakijn afgebeeld. Ook kon het zijn dat de grafeigenaar alleen of samen met zijn echtgenote, als hurkende figuren, in een van de begeleidende boten meevoeren. In de Thoemosidentijd werd vervolgens de mummie geheel vervangen door een beeld van de grafeigenaar en eventueel zijn echtgenote, volledig gehuld in de nauwsluitend gewaad.
Over de betekenis van de Abydosvaart tast men nog deels in het duister. De teksten op de wanden zijn zeer beperkt en bestaan slechts uit korte, onduidelijk bijschriften en zijn weinig eensluidend.
Echter aan de relatie tussen de hurkende figuren bij de pelgrimage naar Abydos en de hurkbeelden die verschenen tijdens het Middenrijk, valt nauwelijks te twijfelen. Achter alle uiterlijke kenmerken zoals de lichaamsvorm, het nauwsluitende gewaad, het bijna geheel bedekte lichaam lijkt eenzelfde gedachte te zitten. Welke gedachte, welke symbolische of praktische functie  is niet bekend en de theorieën hierover lopen zeer uiteen. Echter, het is wel duidelijk dat het hurkbeeld naar alle waarschijnlijkheid haar oorsprong vindt in de pelgrimage naar Abydos.

© 2012 Joke Baardemans

Bron: Die Entwicklung und Bedeutung des kuboïden Statuentypus, Regine Schulz; Egyptian Art, C. Aldred