Hoofdsteun
Een voorwerp dat we dikwijls tegenkomen in de oud-Egyptische kunst is de hoofdsteun oftewel de 'weres' zoals die werd aangeduid in het hiërogliefenschrift.
Een voorwerp dat we dikwijls tegenkomen in de oud-Egyptische kunst is de hoofdsteun oftewel de 'weres' zoals die werd aangeduid in het hiërogliefenschrift.
Uit vele brieven, poëzie, liederen, afbeeldingen en andere archeologische vondsten blijkt dat voor de oude Egyptenaren liefde gepassioneerd, emotioneel en seksueel was.
Een kalender is een manier om de tijd in te delen in bepaalde periodes (dag, week, maand en jaar). Het woord kalender is afgeleid van kalendae, een Latijns woord. Dit woord was de eerste dag van de maand in de Romeinse tijdsberekening. Aangenomen wordt dat de Egyptische kalender deels is ontstaan om economische redenen (belastinginning door middel van telling vee) en deels om de regeringsperiodes van de farao’s bij te houden.
De oud-Egyptische kalender lijkt tamelijk ingewikkeld. De oorzaak is gelegen in het feit dat men gedurende de dynastieke periode diverse kalenders hanteerde. Het gaat hierbij om zogenaamde maankalenders, een oude en een nieuwere variant. De aanduiding van een zogenaamde ‘civiele’ kalender, is een benaming die wetenschappers later aan de nieuwere variant hebben gegeven. De civiele kalender, zoals hieronder zal worden toegelicht, was in feite een aangepaste maankalender en werd gebruikt voor bestuurlijke en administratieve doeleinden. Deze kalender werd uitgedrukt in regeringsjaren van de farao, het nummer van de betreffende seizoensmaand, naam van de seizoen en de betreffende dag. De civiele kalender was door het hele land gelijk. Daarnaast beschikten men nog over de oude maankalender, gerelateerd aan de verandering van de maan en de stand van de sterren, waarmee men het tijdstip van religieuze feesten bepaalde. Mogelijk dat de waarneming daarvan lokaal werd bijgehouden en beschikte elke stad over een eigen kalender. In dit artikel wordt in grove lijnen duidelijk welke problemen men ondervond bij het bepalen van tijd en wat men daarna probeerde te doen om dit te ondervangen.
Zoals in veel andere oude culturen speelde de waarneming van zon, maan en sterren een grote rol in het leven van de oude Egyptenaren. De loop van deze hemellichamen bepaalde uiteindelijk de indeling van tijd. Men behoefte niet over astrologische kennis te beschikken om dit waar te kunnen nemen. Boeren waren hierin zeer bedreven. Immers, zij waren voor de diverse agrarische werkzaamheden afhankelijk van jaargetijden.
Het nieuwe jaar, ook wel ‘de opening van het jaar genoemd’, was niet zoals bij ons in december maar rond 21 juni en was verbonden aan de verschijning van het hemellichaam Sirius (Sothis, Sopdet), waarna de Nijl buiten haar oevers trad. Omdat deze ster na iedere 365 ¼ dagen verschijnt, kwam dit op den duur niet overeen met een van de oudere Egyptische kalenders. De Egyptenaren brachten derhalve een correctie aan. Dit deden zij door iedere 2 à 3 jaar een extra maand in te lassen en er zo een, zoals zij dat noemde, ‘groot jaar’ van te maken, die 384 dagen bevatte. Deze kalender was niet echt nauwkeurig en daarom eigenlijk ook ongeschikt in het gebruik. Uiteindelijk werd er een nieuwe maan(d)kalender uitgevonden.
Zoals de naam al aangeeft is de maankalender gebaseerd op het wassen van de maan. De kalender bestond uit 360 dagen en was in 12 maanden van 30 dagen verdeeld. Daar kwamen nog eens 5 dagen (epagomenen) bij aan het einde van het jaar. Deze aangepaste maankalender werd dan ook gehanteerd op de Egyptische monumenten en officiële geschriften en wordt tegenwoordig aangeduid met civiele of burgerlijke kalender.
Ter aanvulling op de genoemde aanpassingen probeerde Ptolemeus III aan het einde van de dynastieke periode, aan de kalender nog een dag aan toe te voegen omdat de kalender per dag nog steeds een kwartier miste. Echter, de Egyptenaren waren tamelijk vasthoudend, behielden gedurende de faraonische periode de traditionele kalender, waardoor uiteindelijk het seizoen van de overstroming in de zomerperiode viel. Pas toen keizer Augustus opdracht gaf tot het invoeren van een schrikkeljaar werd het tijdsverschil gecorrigeerd.
Al vanaf de 1e dynastie was het Egyptisch jaar ingedeeld in drie seizoenen die gebonden waren aan het ritme van agrarische gebeurtenissen. Elk seizoen bestond uit 4 maanden. Iedere maand bevatte niet vier, maar drie weken en een week kende 10 dagen. Het eerste seizoen, het seizoen van de overstroming, werd Axt (achet) genoemd. Het was de periode dat de Nijl buiten haar oevers trad door de hoge waterstand als gevolg van de regen op de Ethiopische hoogvlakten. Dit moment, waaraan de eerdergenoemde verschijning van de ster Sirius voorafging, markeerde ook het moment van het nieuwe jaar op de oud-Egyptische kalender. De Egyptenaren konden dus tamelijk goed voorspellen wanneer de overstroming zou plaatsvinden. Voor de bevolking was het een belangrijk moment. Het overstromen van het land betekende groei en bloei van allerlei agrarische producten. Het was de basis voor voedselvoorziening. Het ‘achet’ seizoen liep van juni tot oktober en men had zelfs namen voor deze vier maanden. Men sprak van de maanden van Toth, Paophi, Athyr en Khoyak. Het seizoen van het groeien van het gewas werd aangeduid met ‘peret’ en bestond uit de maanden Tybi, Mekhir, Phamenat and Pharmuti. De zomerperiode, de tijd van soms grote droogte werd ‘sjemoe’ genoemd. De maanden heetten Pakhons, Payni, Epiphi and Mesore.
De Egyptenaren startten de dag bij zonsopkomst en verdeelden de dag in 12 uur. Ook de nacht werd in 12 uren verdeeld. Deze uren hadden niet altijd dezelfde lengten. Zomers waren de uren overdag langer en de nachtelijke uren korter. In de winter was dit net omgedraaid. Het verloop van de uren was makkelijk te bepalen omdat de hemel altijd helder was en de hemellichamen dus goed zichtbaar waren. Later in de tijd maakten de oude Egyptenaren gebruik van waterklokken die een meer accuraat beeld gaven omtrent de stand van de zon en sterren.
Samengevat kan geconcludeerd worden dat een eenvoudige datering gedurende de dynastieke periode in het oude Egypte, op basis van vermeldde datering op monumenten en in geschriften, altijd aan een zekere twijfel onderhevig is. Door het hanteren van de diverse kalenders zijn er verschillen die mogelijk, naar huidige maatstaven, niet meer te duiden zijn.
© Joke Baardemans 2022
Bronnen: Calendars, J. Spalinger in The Oxford Encyclopedia of Ancient Egypt; Kalender, J.v. Beckerath in Lexikon der Ägyptologie; The Calenders of Ancient Egypt, R. Parker
Zolang kinderen nog niet zelfstandig kunnen lopen zijn ze afhankelijk van anderen voor wat betreft het vervoer. Het gebruik van kinderwagens zoals wij die kennen dateert pas uit 1733. In het oude Egypte kende men dit fenomeen dus niet en wendde men andere middelen aan om kinderen te transporteren.