PijModel van Nubische boogschieters, Egyptisch Museum Caïrol en boog zijn zo'n beetje de oudste wapens en werden oorspronkelijk gebruikt als strijdwapen en als wapen bij de jacht.

Al heel vroeg werden er binnen het Egyptisch leger speciale eenheden boogschutters ingezet. Boogschieten werd door de tijd heen steeds belangrijker. Vaak werden oorlogen beslist door de behendigheid van de boogschutters. Het is daarom ook zeker dat boogschieten een onderdeel vormden van de militaire training. In het hiërogliefenschrift is het symbool voor soldaat dan ook een boogschutter.

In diverse graven staan afbeeldingen van de productie van bogen. Dikwijls voorzag men de bogen van mooie versieringen. Het was een kostbaar, persoonlijk bezit dat men na het overlijden ook meenam in het graf. In het graf van Toetanchamon zijn diverse exemplaren aangetroffen. Een van de bogen staat bekend als de Boog van Eer en is bekleed met goud. De boog is zeer gedetailleerd uitgewerkt en voorzien van inscripties.
De Egyptische pijlen en bogen die de tand des tijds hebben doorstaan geven ons een indruk van de ontwikkeling van dit wapen. Al vanuit de Vroegdynastieke Periode zijn bogen bekend, waarvan het middengedeelte uit massief hout was vervaardigd. De gebogen uiteinden bestonden uit hoorns van een dier, waarschijnlijk de oryx. Pijl en boog zijn ook emblemen die bij de godin Neith horen. Het samengesteld symbool wat zij op haar hoofd draagt bestaat uit twee antieke, samengebonden bogen die op een schietspoel lijken. Een schild voorzien van gekruiste pijlen vormt ook een heilig symbool voor deze godin. De antieke boog werd vervangen door de 'longbow', een eenvoudige, lange boog, gemaakt uit een stuk hout. De boogpees werd waarschijnlijk gemaakt van linnen draden, bij de Nubische boog van het haar van dieren. Doorgaans waren de pijlen lang, licht en gemaakt van riet met een pijlpunt vervaardigd uit een harde houtsoort of van een stuk vuursteen. Vuurstenen pijlpunten zijn al bekend vanaf 8000 v. Chr. De veren kwamen van een van de vele soorten ganzen die de Nijldelta rijk was.

Vanuit Azië werd in het begin van het Nieuwe Rijk de composietboog geïntroduceerd. In tegenstelling tot de eenvoudige 'longbow', hebben de latten van deze boog, in ongespannen toestand, uiteinden die van de boogschutter afbuigen (re-curve). De rug van de boog werd versterkt met een materiaal dat niet snel brak, zoals pees of ongelooid huid. Het werd daarmee een langeafstandswapen met een enorme slagkracht. Het is daarom ook niet verwonderlijk dat boogschutters belangrijk waren in het leger.

 Scène uit het graf van Oeserhat (TT 56) 18e dynastieFarao's, prinsen en zonen van hoogwaardigheidsbekleders oefende eveneens met pijl en boog. Het werd niet alleen gezien als een oefening in kracht en vaardigheid maar was tevens een plezierig tijdverdrijf. Diverse teksten maken melding van het gebruik van pijl en boog en ook vele afbeeldingen ondersteunen dit. Zoals ook op de bekende sfinx-stèle van Amenhotep II waar hier verslag van wordt gedaan: Er was niemand in dit leger die zijn boog kon spannen. Daarnaast ziet men trotse farao's afgebeeld op een strijdwagen met pijl en boog. Dikwijls onder vermelding van het feit dat de instructeur een godheid was, bijvoorbeeld bij Thoetmoses III en Thoetmoses IV. Thoetmoses III wordt geholpen door de god Seth. Thoetmoses IV staat in zijn strijdwagen. Achter hem staat de god Monthoe afgebeeld die zijn hand feilloos sturend naar zijn doel leidt.
Interessant is dat eveneens in de psalmen van David uit het Oude Testament melding wordt gemaakt van goddelijk ondersteuning van de koning bij het gebruik van de boog.

© 2012 Joke Baardemans

Bron: Tanz, Sport en Spiel im Alten Ägypten, Juliane Lengning, in Kemet (DE) oktober 2006, Sport in Ancient Egypt, A. Touny, S. Wenig; Sports in The Oxford Encyclopedia of Ancient Egypt, W.Decker;